Energie uitwisseling
Om energie te
besparen vindt uitwisseling van warmte en koude plaats tussen de kantoren, de verdiepingen en tussen de doorgaans ‘warme’ zuidgevel
en de ‘koude’ noordgevel.
De zuidgevel is door de invloed van de zon
doorgaans enkele graden warmer dan de noordgevel. De warmte die vrijkomt bij
het koelen aan de zuidgevel wordt gebruikt om de noordgevel op temperatuur te
brengen. Zo is de temperatuur van beide gevels in balans.
Ditzelfde principe wordt toegepast bij de
kantoren onderling. Door het toepassen van een innovatief klimaatsysteem is de
temperatuur in de kantoren naar eigen wens in te stellen. Zowel gelijktijdig
koelen als verwarmen van de verschillende kantoren behoort tot de
mogelijkheden. De warmte die in een van de kantoren onttrokken wordt zal
gebruikt worden om al naar gelang de wens, een kantoor elders op de verdieping
van warmte te voorzien.
Wanneer de energie tussen de gevels en de
kantoren uitgewisseld is, zal de restenergie aangeboden worden bij de overige
verdiepingen alvorens de bodem te belasten.